Akelei Crimson Star is een prachtige, mooie en opvallende akeleisoort. Deze plant bloeit met prachtig rood met witte bloemen en rode sporen. Hij staat op dunne stengels die worden omringd door lichtgroen blad. De naam Akelei komt van het Latijnse woord aquilia dat adelaar betekent en dit slaat op de opvallende sporen van de bloem die veel lijken op de klauwen van een adelaar. Akelei Crimson Star staat het liefst op een zonnige plaats met halfschaduw en beschutting tegen de wind. Ook heeft hij een goede afwatering nodig omdat hij niet van natte voeten uit. Hij behoort tot de ranonkelfamilie (Ranunculaceae) net als o.a.: Akkerboterbloem, Alpenakelei, Alpenanemoon, Blauwe Anemoon, Blauwe Monnikskap, Bosanemoon, Bosboterbloem, Bosrank, Christoffelkruid, Dotterbloem, Juffertje-in-het-groen, Kerstroos, Lenteroos, Oosterse anemoon, Ranonkel, Scherpe Boterbloem, Zwarte Komijn en Zomeradonis. Dit zijn over het algemeen allemaal bloeiende bloemen in verschillende kleuren. Zeer geschikt als blikvanger in de border, voor de kweek in bloempotten of bakken en als snijbloem. Deze plant bloeit vanaf mei t/m juli. Omdat deze plant zichzelf heel gemakkelijk uitzaait is hij ook uitermate geschikt voor een plekje in de verwilderde of natuurtuin. Deze winterharde meerjarige bloeit in het 2e jaar na zaaien. Verwijder regelmatig de uitgebloeide bloemen om nog langer van deze schitterende en opvallende verschijning in de tuin te genieten. Zeer geliefd bij bijen, vlinders en andere nuttige insecten. Akelei Crimson Star verliest zijn blad in de winter. Winterharde meerjarige. Hoogte: 60 - 70 cm.
Pas op: Alle delen van deze plant en de zaden zijn giftig!
Binnen zaaien: maart - april
Buiten zaaien: april - eind juni
Kiemen: 14 - 42 dagen
Kiemtemperatuur: 15 - 21 °C
Zaaidiepte: oppervlakkig - ¼ cm
Plantafstand: 30 - 35 cm
Standplaats: zonnig tot half schaduw
Bloeiperiode: mei - juli
Vanaf begin maart binnen zaaien in trays gevuld met vochtig gemaakte goede zaaigrond of potgrond. Zaai dun en oppervlakkig en druk de zaden voorzichtig in de grond. Bedek de zaden niet met zaaigrond, maar gebruik een zeer dun laagje vermiculiet om de zaden te bedekken. Zet de trays weg op een temperatuur van 15-21°C. Het kiemen kan 2 - 6 weken duren. Houd de temperatuur zo gelijkmatig mogelijk tijdens en na de kieming en laat vooral 's nachts de temperatuur niet dalen. Houd goed vochtig. Bedek de trays met een deksel om het vocht binnen te houden.
Verwijder het deksel zodra de zaailingen opkomen. Verpot de zaailingen, zodra zij 2 paar echte blaadjes hebben, in aparte potten. Hard de zaailingen vanaf begin mei af door ze 10 - 14 dagen overdag buiten te zetten. Of zet de zaailingen vanaf begin mei in de koude bak buiten. Zet de zaailingen vanaf half mei, zodra er geen kans meer is op nachtvorst buiten. Zorg voor een zonnige plaats met wat schaduw en beschutting tegen de wind. Zorg voor een goede afwatering omdat akelei zeer slecht tegen natte voeten kan. Houd 30 - 35 cm ruimte tussen de planten aan.
Buiten zaaien kan vanaf april tot eind juni. Zaai dun en oppervlakkig in een van te voren geprepareerd zaaibed met goed vochtig en losgemaakte grond. Druk de zaden voorzichtig in de grond en bedek ze met een zeer dun laagje zand of zaaigrond. Houd de zaden goed vochtig en onkruidvrij. Dun de zaailingen uit, zodra zij groot genoeg zijn om te hanteren, op 5 cm. In september - oktober kunnen de planten op hun definitieve plaats worden gezet. Houd 30 - 35 cm ruimte per plant aan. Bemesten is niet nodig en overbemesting kan er voor zorgen dat de planten hun kopje laten hangen. Doordat Akelei zichzelf gemakkelijk uitzaait, is hij zeer geschikt voor gebruik in een verwilderde of natuurtuin. Deze plant kan ook ter plekke in borders of weideland worden gezaaid. Akelei bloeit in het 2e jaar na zaaien. Verwijder regelmatig de uitgebloeide bloemen om de bloeiperiode te verlengen.
