Veldsla Grote Noordhollandse is een biologisch gekweekte veldsla met grote, langgerekte, donkergroene bladeren die losse rozetten vormt. Het blad heeft een malse textuur met een heerlijke, licht nootachtige smaak. Noord-Hollandsche Groote is goed bestand tegen koude en kan tegen matige vorst. Kan in milde winters worden geoogst van de zomer tot de lente.
Veldsla komt oorspronkelijk uit West-Europa, Noord-West Afrika en Zuid-west Azië. In West-Europa komt het nog in het wild voor. Veldsla werd vroeger beschouwd als hinderlijk onkruid dat groeide tussen wintergraan. Het wordt tegenwoordig in Nederland als heerlijke groente gekweekt. Het komt voor in duingebieden, bermen en op landbouwgrond. De Latijnse naam van veldsla is Valerianella locusta, maar ook de Latijnse naam Valerianella olitioria wordt gebruikt. Andere namen voor veldsla zijn korensla en ezelsoor. Ondanks de naam is veldsla geen familie van sla, maar familie van valeriaan en kamperfoelie. Maar omdat dit plantje wel wordt bereid als sla is het heel waarschijnlijk dat het gebruik van de naam veldsla vandaan komt. Dit plantje wordt ook steeds vaker in Nederland in supermarkten verkocht. Vaak als onderdeel van slamelanges. Veldsla is een groente die, afhankelijk van het moment van zaaien, midden in de winter kan worden geoogst. Hiermee verlengt dit plantje het seizoen waarop zelfvoorzienend kan worden gekweekt. Al met al een plantje dat zeer nuttig en waardevol is voor de (moes)tuinierder.
Het is ook een zeer gezonde groente die veel goede voedingsstoffen en weinig caloriën bevat. Veldsla bevat o.a.: Eiwit, Calcium, Fosfor, IJzer en Kalium. Ook bevat het de volgende vitamines: A, B1, B2, B6, B11 (foliumzuur), en C. Veldsla wordt altijd rauw gebruikt. Het kan wel worden toegevoegd aan warme gerechten, maar laat het dan niet te lang meewarmen. Het kan worden toegevoegd aan salades, pastasalades, stamppotten en soepen. Het heeft een nootachtige, enigszins bittere smaak. Verwijder voor het gebruik de worteltjes van de plantjes en was ze altijd zeer goed. Laat daarna de blaadjes goed uitlekken of droog ze in bijv. een slacentrifuge. Veldsla is erg lekker in combinatie met spekjes, andere slasoorten, tomaten, pijnboompitjes, andere noten, perzikken, andere vruchten, vlees, kip, vis en pastagerechten. Fijngehakte veldsla kan ook gebruikt worden als garnering.
Goede buren voor veldsla zijn: prei, ui, rabarber, koolrabi, rode kool, witte kool, savooiekool en spitskool. Er is niets bekend over slechte buren. Het wordt meestal in de wisselteelt ingedeeld op het veld van de bladgewassen. Veldsla heeft geen grote behoefte aan bemesting. Het wordt vaak gekweekt op momenten dat de grond nog voldoende mest bevat van de vorige kweek. Eventueel kan er ongeveer 2 weken voordat er wordt gezaaid nog wat compost door de grond worden gewerkt. Eventueel wat kalk strooien op zuurdere grond is wel verstandig.
Ongeveer 2 maanden na het zaaien kan er worden geoogst. Bij de langzaam groeiende soorten kan dit langer duren. Oogst de plantjes in zijn geheel als ze 8 - 10 cm hoog zijn. Het is ook mogelijk om al eerder blaadjes van de planten te oogsten naar behoefte en de rest verder te laten groeien. De oogst valt, afhankelijk van het gekozen ras, de temperatuur en de weersomstandigheden, van eind september tot eind maart. Vooral slakken en bladluizen kunnen een plaag zijn bij de kweek van Veldsla. Veldsla kan een paar dagen (1 - 2) in een open verpakking in de groentela van de koelkast worden bewaard. Maar gelijk op de dag van aankoop of oogst bereiden is aan te bevelen in verband met eventueel vitamineverlies. Veldsla kan niet worden ingevroren. Semi-winter harde eenjarige.